De R is de 18de letter. Koning, snelheid, regeneratie en aanvraag tegelijk. Met b drukt het kou uit: ‘brrrr’. En met g laat een hond afwijzing blijken: ‘grrrr’. Ronkend, redderend en uiteindelijk reutelend. Zoals elk wezen. Rechtschapen biedt de letter ruggesteun. Het weet wat resignatie is. Pas door de sterfelijkheid dol te draaien overstijgt het het raadsel.
De robot combineert een doorbloede ribbenkast met een raamwerk van draden. Zo’n Golem loopt van de Middeleeuwen naar de toekomst. Ter ziele raadt het zich een ziel. Bij ons is de blikken man verkleed voor het feest van herkenning. Om niet herkend te worden. Ons evenbeeld in de kinderwagen weet niet wat het ziet en huilt. De regelmaat wijkt eerst.
Als ‘King of Jazz‘ Paul Whiteman in 1926 met zijn orkest door Europa toert pikt de Duits-Amerikaanse trompettist Henry Busse in Duitsland de schlager ‘Madonna, du bist schöner als der Sonnenschein‘ op. De Oostenrijkse componist Robert Katscher schreef het in 1924 voor de revue ‘Küsse um Mitternacht‘. Tenor Engelbert Milde zingt het in een cabareteske traditie.
Een Duitse hit wordt een internationaal succes met een Engelstalige tekst. Buddy DeSylva schrijft ‘When Day Is Done‘. Whiteman scoort in 1927 met een instrumentale versie. Zoals vaker op het raakvlak van een sterke compositie, effectbejag en sentiment. Een klassieker is geboren:
When day is done and grass is wet with twilight’s dew My lonely heart is sinkin’ with the sun Although I miss your tender kiss the whole day through I miss you most of all when day is done When day is done
Bladmuziek ‘When Day Is Done’, 1926. Uitgeverij Harms Inc.
De versie van Jack Hylton met op Wurlitzer organist Claude Ivy van 19 augustus 1927 in de Londense Kensington Cinema leent van Whiteman. De Engelse band treedt na de machtsovername door Hitler in januari 1930 nog in Berlijn op. In mei 1930 en november 1932. Wonderlijk. Onderstaande video geeft verkeerde feiten. Maar de locatie van de foto lijkt wel degelijk het Scala Theater in Berlijn.
Een hakenkruis in 1927 is onlogisch, maar na januari 1930 goed voorstelbaar. Het kondigt de arisering aan. Ook de joodse Robert Katscher moet eraan geloven en vlucht in 1938 naar de VS. Zijn dag in Oostenrijk is voorbij.
Lilian Harvey en Will Fritsch spelen de hoofdrol in Einbrechervan Hanns Schwarz. Het is 1930. Sidney Bechet (1897- 1959) en zijn band spelen in de Palmenbar van het Berlijnse Haus Vaterland. Stan Douglas danst. De song is ‘Ich lass mir meinen Koerper schwarz bepinseln‘ van Friedrich Hollaender. De portrettering van zwarte musici stemt tot nadenken. Het exotisme is niet negatief. Pas drie jaar later grijpen de nazi’s de macht. En klinkt er geen Entartete Musik meer in Duitsland.
Ach wie herrlich ist es in Paris die Frauen sind so süß und dennoch ist mir mies! Jeden Abend Smoking oder Frack So geht das Tag für Tag das ist nicht mein Geschmack!!
Ich lass mir meinen Körper schwarz bepinseln schwarz bepinseln und fahren nach den Fitji Inseln – nach den Fitji Inseln!
Foto: 1 The Port of Harlem Jazzmen; v.l.n.r: J.C. Higginbotham – Sidney Bechet – Sidney Catlett – Johnny Williams en Frank Newton. Gitarist Teddy Bunn zit vooraan. Credits:Mosaic Records
Componist Werner Richard Heymann (1896-1961) is door zijn filmwerk bekend. Als jood moet-ie in 1933 Duitsland verlaten wat hem in Frankrijk en de VS brengt. Vanwege kostenbesparing werden toen soms meerdere versies van een film gemaakt. Decors, draaiboek en crew werden dan doelmatig gebruikt. Van songs ontstaan zo meerdere versies.
Heymann excelleert samen met tekstdichter Robert Gilbert in filmkomedies waarvoor-ie begin jaren ’30 in de UFA-studio in Babelsberg de soundtrack maakte. Zijn meesterschap is te zien in een Duitse en Franse versie. Drei von der Tankstelle van Wilhelm Thiele met Lilian Harvey, Willi Fritsch en Heinz Rühmann. En Le Chemin du Paradis waarbij Max de Vaucorbeil voor de acteursregie bijspringt, weer met Lilian Harvey en Henry Garat. De wals Ein Freund, ein guter Freund wordt een hit. Ook in de Franse bewerking van Jean BoyerAvoir un bon copain.
Ein Freund, ein guter Freund, das ist das Schönste was es gibt auf der Welt. Ein Freund bleibt immer Freund, und wenn die ganze Welt zusammenfällt. Drum sei auch nicht betrübt, wenn dein Schatz dich nicht mehr liebt. Ein Freund, ein guter Freund, das ist der größte Schatz, den’s gibt.
Avoir un bon copain Voilà c’qui y a d’meilleur au monde Oui, car, un bon copain C’est plus fidèle qu’une blonde Unis main dans la main A chaque seconde On rit de ses chagrins Quand on possède un bon copain
De uittocht van Heymann is symbolisch voor het einde van de Weimar-republiek en de culturele bloei van Berlijn. In 1955 halen de remakes van Hans Wolff het niet bij beide klassiekers uit 1930. Schluss.
Foto: Affiche van Le Chemin du Paradis uit 1930 met Lilian Harvey en Henry Garat
De Duitse (toneel)schrijver Peter Weiss (1916-1982) schildert in 1940 ‘Der Hausierer‘. Een marskramer met een lade voor zijn buik draait zich om en kijkt ons aan. In een grimmig industrieel landschap staat beneden aan het eind van een steil pad een klein circus. Achter het lichte tentdoek gaapt de donkerte. Schrijver W.G. Sebald legt in de bundel Campo Santouit dat Weiss zijn leven lang werd aangetrokken door de dood.
Hans Holbein brengt rond 1538 de marskramer samen met de Dood. Onder het mom Komt Tot Mij die Belast Zijt haalt de Dood hem van de weg. Huishoudelijke artikelen als muizenvallen, lepels, zeven en borstels vormen zijn handel. Alleen zinvol op het platteland zonder winkels. In een stedelijke omgeving is Der Hausierer pas echt verloren.
Richard Peter sr. (1895-1977) fotografeert de vernietigingen van de oorlog in zijn stad Dresden. Het Florence aan de Elbe wordt in de nacht van 13 of 14 februari 1945 vernietigd door een Brits bombardement. Een vuurstorm trekt tienduizenden mensen in de vlammen. Peter zoekt een antwoord op de catastrofe en krijgt navolgers in het fotograferen ervan.
Het bombardement is niet onomstreden. In de romans Het Stenen Bruidsbed (1959) van Harry Mulisch en Slaughterhouse Five (1969) van Kurt Vonnegut staat het bombardement centraal. De Duitse schrijver W.G. Sebald analyseert in Luftkrieg und Literatur de apathie van de Duitsers en het jarenlange taboe om naar de geallieerden te wijzen.
Londen, 1954. Teddy (=Edwardian) Girls worden bewonderd door Teddy Boys. Strak in het pak. Terugblikkend op de jaren 1952-1956 zegt Simon Napier-Bell dat het begrip en de naam rock’n’roll en teenager geleidelijk ontstaan. Halbstarker in Duitsland, Teddy Boys in Engeland of Nozems in Nederland. Tieners zoeken identiteit. Het ontstaan van jongerencultuur gaat niet gelijk op met rock’n’roll, maar krijgt er smoel door. Wat toen de ouderen schrik aanjoeg doet nu vertederend aan.
George Zimbel (1929) noemt zichzelf een documentaire fotograaf. Hij zegt dat het de informatie is die de kijker pakt, maar pas de fotograaf bindt het door zijn persoonlijke kijk en technische kennis samen. In 1954 heeft de vetkuif in een New Yorks-Ierse danshal bekijks. Zimbel schept diepte en onderscheid en voegt zijn blik toe aan de vele blikken die alle kanten opschieten. Signalen ventileren boodschappen na sluitingstijd.
Mezhrabpom (1922-1936) was een Duits-Russische studio die meer dan 600 films maakte. Gangmakers waren de Duitse communist Willi Münzenberg en de Russische producent Moisei Aleinikov. Het Verdrag van Rapallo opende in 1922 mogelijkheden tot samenwerking tussen de verliezers van de Grote Oorlog. Hoofdkwartier zat in Berlijn en de studio’s in Moskou. De opkomst van Hitler en Stalin beëindigde het experiment.
De Berlinale 2012 besteedde aandacht aan Mezhrabpom. Het programma is overgenomen door het MoMA in New York. Gibel sensatsii (Loss of Sensation) uit 1935 van Aleksandr Andriyevsky is een van de eerste robotfilms ooit. Radiosignalen en saxofoons besturen de robots. Acht jaar na Metropolis van Fritz Lang en 15 jaar na de uitvinding van het woord robot in het toneelstuk R.U.R. van de Tsjech Karel Čapek.
Foto 1 en 2: Stills uit Gibel sensatsii (Loss of Sensation) van Aleksandr Andriyevsky, 1935
Foto 3: Affiche voor Gibel sensatsii door Viktor Klimaschin, 1935
In 1939 introduceert modemerk Mainbocher het corset dat breekt met een onscherp silhouet en vooruit loopt op de New Look van Christian Dior. De Duitse fotograaf Horst P. Horst (1906-1999) ensceneert zijn ultieme foto in de studio van het Parijse Vogue. Symbolisch op de grens van oud en nieuw. Horst en Mainbocher verhuizen daarop naar New York.
Wat goed is wordt geleend. Kristian en Marie Schuller combineren surrealistische motieven in hun film The Waist/ La Taille (2010) voor ShowStudio. Verkenning van en ode aan het menselijk lichaam door mode en bewegend beeld. In 1934 loopt Hans Bellmer vooruit op Horst. Toeval dat vier Duitse kunstenaars zich hier in een corset laten passen?
Bob Landry is in de Tweede Wereldoorlog fotograaf voor LIFE. Het blad van Henry Luce en zijn tweede vrouw Clare Brokaw. Ze krijgt het als huwelijksgeschenk. LIFE is het eerste fotojournalistieke Amerikaanse tijdschrift en domineert de markt vanaf 1936 voor meer dan 40 jaar.
Landry volgt de oorlog voor LIFE met 40 collega’s. Een wereldoorlog kent vele theaters vanwaar iets te melden valt voor het thuisfront. Zoals de serie over de terugtocht van de Duitse en Italiaanse troepen uit Noord-Afrika toont. Vos Erwin Rommel is verslagen. In de bioscoop draait Love Thy Neighbor (1940) met komiek Jack Benny en zangeres Mary Martin. Hollywood bevestigt de culturele hegemonie van de Angelsaksen. In de verte trekt een piramide aandacht. Troepen trekken verder. That’s life.